woensdag 21 augustus 2013


Een verloren leven?

Midden in een boeiende Koreaanse film (‘Spring, Summer, Autumn, Winter and Spring’) viel de stroom uit. Dan maar lezen en vroeg naar bed. Dat euvel van stroomuitval heeft ons meerdere nachten en dagen getroffen en past een beetje bij het regenseizoen dat begonnen is. Heftige regens en onweer en er gaat geheid ergens een paal om. Maar gelukkig hebben we noodverlichting op solar en de ‘ramp’ is te overzien.
Nu de bezoekers weg zijn, kans gezien wat achterstallige administratie weg te werken en emails te beantwoorden. Dingen op te ruimen en Paul is weer vrolijk aan de slag met zijn ‘scrabkunst’. Dat was een van de redenen dat we woensdag naar Kampala moesten. Een restaurant(Beancafe) had aangeboden zijn werk te exposeren en ze waren erg enthousiast. Ze zijn ook bereid kaarsen en kettingen te verkopen, dus het was een vruchtbare ontmoeting. Die met de URA (Uganda Road Authority) was minder. We moesten er heen om het logboek van de ‘nieuwe’ auto op te halen, maar we bleken niet geregistreerd en wat er in hun files zat, kwam maar voor de helft met de waarheid overeen. Maar de juffrouw was erg behulpzaam en het zal wel goed komen. De gelegenheid aangegrepen om kaarsvet te kopen en te winkelen en we waren keurig op tijd weer thuis.

Bouw.
Opnieuw een uitvoerige bespreking met de aannemer over de bouw: de planning, de begroting en de gang van zaken. Natuurlijk moest er weer geld komen, maar dat gaat rechtstreeks naar de loodgieter, want de bouw van de toiletten heeft nu prioriteit. Maar tegelijkertijd wordt er gewerkt aan de grote hal en de eerste ronde hut. Ofschoon de hal nog niet klaar is, gaan de activiteiten door. De lascursus krijgt na het vertrek van Jos een vervolg, al is de opkomst door de regen wat wisselend. We hebben nu maatregelen genomen daar in wat strikter te zijn. Maar het is heel normaal dat bij regen het leven stil valt en je je bed niet uitkomt. Zelfs onze Mirabu, vindt dat een goed excuus niet of later te komen.

Dood.
Vrijdag hoorden we over de dood van Ndinda Edward . Doodgereden door een taxibusje terwijl hij de drukke randweg in Jinja overstak. Wie schuldig is, is niet bekend. Want naar de dood van een straat jongen, doet de politie geen onderzoek.
Edward was lid van de ‘KisoBOKa-clan’, de groep straat jongens waarmee we in 2008 een CD hebben opgenomen.
Hoewel hij niet meer actief aan het ‘straat-leven’ deelnam had hij nog regelmatig contact met de andere leden van de clan en Paul. Verder had hij niemand.
Paul heeft hem die vrijdag in het mortuarium opgezocht en onmiddellijk kwamen de vragen waar hem te begraven. De gewoonte is, in zijn eigen dorp, maar niemand wist waar het was. Paul heeft met enkele jongens de hele dag rondgetoerd op zoek naar die plek, die zo’n 20 km buiten Jinja moest liggen. Tevergeefs. Inmiddels wel een kist laten maken en afspraken maken met de politie dat ze hem niet zomaar ergens zouden dumpen.
Zaterdagmorgen verscheen een oudere broer, die nog in het dorp woonde. Dat bleek in een heel andere richting, dan waar ze de dag tevoren gezocht hadden. Maar de plek was gevonden, de kist op een wagen en zijn laatste tocht begon. Ergens in ‘now where’ zou het zijn, maar ten gevolge van heftige regen, kwam de wagen vast te zitten. De laatste 300 meter te voet afgelegd. Inmiddels waren zeker 30 buurtbewoners aan het graven. In een dorpje van niks, waar de mensen echt helemaal niets hebben.
Edward, die de artiesten naam ‘Pastor Jay’ had, ligt begraven naast zijn moeder. Een verloren leven?
(zie uitgebreidere berichtgeving en meer foto’s op de website)
We zijn blij dat we voor hem dat hebben kunnen doen wat nodig is en we merken dat dat ook door de andere jongens van de straat zeer gewaardeerd wordt. Ook door de politie en andere instanties, waarbij wel opvalt dat ze er zelf geen vinger naar uitsteken. Zijn dood en de hernieuwde contacten met enkele jongens van de straat was voor ons wel aanleiding opnieuw een initiatief te nemen om iets met de zangtalenten van de straat te doen: een nieuwe ‘KisoBOKa-clan’?

De 'KisoBOka-clan' - Passtor Jay uiterst links
Bezoek.
Tussendoor kregen we bezoek van Willemien en Maarten en Floris (de zoon van Willemien) en dat was een welkome afleiding. Lekker met hen (en father Picavet) uit gaan eten en goed geborreld. Ze waren op weg naar ‘Sipi Falls’ en hebben hier op de terugreis opnieuw gelogeerd. Vast onderdeel van het bezoek van onze vrienden is kaarten (‘Bonken’) en we waren erg blij met een klinkende overwinning. Terug naar Entebbe hebben ze Fred – een van de jongens in het KisoBOKa Home – meegenomen, die daar bij zijn tante een tijdje vakantie houdt.
De andere ‘Fred’ – die een opleiding tot automonteur volgt op Matia Mulumba – kwam ook op bezoek, maar besloot te blijven en een deel van zijn vakantie door te brengen met Bakali. Het is heel aandoenlijk hoe ze dan samen koken, ontzettend veel lachen en het is heel prettig zo’n klein stukje Afrika op eigen terrein te hebben. Fred kan niet stil zitten en hij is de hele dag bezig met de dieren, de tuin of auto wassen.

Op bezoek.
De afgelopen week druk geweest met de voorbereiding van een bezoek aan Kenia. Er is daar een vriendengroep, die we al jaren kennen – ze kwamen in 2006 in Nederland – en we hebben elkaar de laatste jaren wederzijds bezocht. Het is inmiddels 3 jaar geleden en dus wordt het weer eens tijd. We gaan met onze twee vrijwilligers (Majorie en Silvia) en 4 ex-jongens van de straat (Fred, John, Waiswa en Henry) en bezoeken o.a. het ‘straat kinderen programma’ in Kisumu. Wij hebben een klein hotelletje geboekt en de overigen verblijven in gastgezinnen.
We vertrekken morgen (donderdag de 22ste) en komen maandag  de 26ste weer terug. We hopen wat bekenden te zien en te zien hoe de vooruitgang is in Kenia t.o.v. Uganda en hoe we voor de toekomst een ‘uitwisselingsprogramma’ kunnen opzetten. We kijken er naar uit.

De week daarna moeten er belangrijke beslissingen genomen worden: de aanstelling van een nieuwe matron, nieuw docenten voor de computerschool en de evaluatie van Fosca als beoogd manager. Maar ook over de aankoop van nieuw land, het werkplan voor 2014, de prioriteiten in de bouw en de verlenging van de NGO-status. Ben maar met pensioen. Een uitverkoren leven?







maandag 12 augustus 2013

250 en bijna 10.000

De 250ste

De laatste weken de telling van bezoekers en vrijwilligers nog eens nagekeken. In de tweede groep van ‘Fairwegisthan’ zou de 250ste bezoeker moeten zitten. Het werd Anne Spiering en we hebben haar verrast met een klein kadootje.
Tegelijk met deze groep, was dus onze ‘eigen’ groep vrijwilligers aangekomen en de afgelopen weken hebben veel in het teken gestaan van geregel met deze groep. Met André 6 blogs geplaatst en daar is de eigen blog bij ingeschoten. Het was een goede tijd met hem in huis. We hebben veel herinneringen opgehaald, maar ook veel uitgewisseld over de projecten, over de toestand in Uganda (en Nederland), over de kerk, over de toekomst. Over de toekomst van ons zelf. En tussendoor een aantal keren met hem naar de projecten, naar de stad en naar de kerk. We hebben samen gepuzzeld, foto’s uitgezocht, ‘geduizend’ en de voorbereidingen gepleegd voor de opening. Een gezellige tijd en nu is het stil in huis.
De andere vrijwilligers vonden hun eigen weg: Jos is flink aan de gang gegaan met de lascursus en we hebben inmiddels een opvolger gevonden, zodat de cursus doorgaat. Yvonne is druk bezig geweest met de vrouwen in Soweto en vooral gewerkt aan de kwaliteitsverbetering van de sieraden en het uitbreiden van de markt. Charlotte was dagelijk op de bouw en vond het leuk met de mannen te bouwen en te verven. Marjorie en Silvia hebben les gegeven op school en in de creche en zijn met dansgroepen aan de gang om een performance voor te bereiden voor de officiele opening (begin volgend jaar?). Ellen heeft haar stage afgerond en is al weer ruime tijd in Nederland en, helaas, Jetje ook. Zij heeft haar verblijf hier vroegtijdig afgebroken en kon het niet bolwerken.

Safari.

We zijn met de hele groep op safari geweest naar Murchisson Falls, het mooiste natuurpark. We vertrokken op zondag. Hebben eerst een bezoek gebracht aan een weeshuis voor kinderen (Noach’s Arch in Mukono). Een geweldig luxe centrum, in een niet Afrikaanse context.
Dat was de avond wél: een geweldig optreden van de Nderegroep in Kampala, die een wervelende show brengen van songs en dansen van de verschillende stammen in Uganda. Fantastisch om te zien en te horen en het publiek wordt op allerlei manieren bij de voorstelling betrokken. Zeker de kinderen, die de show stalen met hun spontane dansjes en creatieve uitingen. Het optreden vond plaats in het openluchttheater en tussendoor kon je genieten van een uitstekend Afrikaans buffet.
We zijn daar blijven slapen en de volgende morgen vroeg Kampala uit. Dankzij een lekke band waren we wat later dan verwacht in Pakwach (350 km ten noorden) en nog voor we het park ingingen zagen we de eerste olifanten. We hebben gelogeerd in een plaatselijk gasthuis (volop in de verbouwing) en ’s avonds gegeten bij kaarslicht in een lokaal eethuisje.
De volgende morgen het park in en meteen de ‘gamedrive’. De dieren zitten in een betrekkelijk klein gebied en je komt dus snel achter elkaar de verschillende dieren tegen: de giraffen, de buffels, de olifanten, de impala’s, wilde zwijnen, apen, de Nijlpaarden, maar helaas dit keer de leeuwen gemist.
Het is de 8ste keer dat ik het park bezocht maar het blijft imponerend en als chauffeur zie je natuurlijk nog niet de helft want de andere tijd moet je besteden aan de weg, waarvan je soms niet weet of je hem linksom of rechtsom moet nemen.


We kwamen bijna te laat voor de boot, maar met wat geregel konden we die ‘aan de overkant’ van de Nijl nemen. Daar werden we we verrast door een stel brutale bavianen, die in de kortst mogelijke tijd – en er zat iemand in de auto! – al het eetbare er uitroofden. De tocht over de Nijl, hebben Paul en ik niet meegemaakt, maar wel later de tocht naar de bovenknt van de Falls. Het had die middag geregend, de weg was erg glibberig en ontbrak soms. Er werd veel van de auto gevergd. Te veel?
Gelogeerd in een redelijk luxe lodge, met zwembad en een goede keuken. De volgende morgen vroeg het park uit (je mag er 24 uur blijven en anders opnieuw 35 dollar betalen), maar we hebben het op tijd gered, zodat we redelijk op schema lagen voor onze tocht naar Jinja.
Op 25 km voor Kampala, kreeg de auto kuren en verloor hij vaart. Iets met de koppeling. Omdat ik een vertrouwde garage in Kampala wist, toch maar geprobeerd die te bereiken. Daar kwamen we rond 14.00 uur aan. Bleek de koppelingsplaat gebroken – door overbelasting. Het vinden van een nieuwe plaat kostte 3 uur. De garage ligt dicht bij een winkelcentrum dus we hebben om beurten geshopt. Toen de plaat er eindelijk was, kostte het nog eens 2 uur om dat ding te plaatsen, maar uiteindelijk konden we om 20.00 uur verder.
De tocht terug duurde iets langer, want ’s nachts rijden in Uganda is echt levensgevaarlijk. De meesten rijden constant met groot licht, sommigen zonder licht en tussendoor steekt er ook nog van alles de weg over. Het is als rijden in zeer dichte mist in Nederland, zoekend naar de strepen op de weg, als ze er al zijn. Om 23.00 uur waren we (moe) weer in Jinja.

De bouw.

De volgende morgen een overleg met de aannemer. In de eerder gehouden bestuursvergadering waren diverse vragen en klachten naar voren gekomen, die we met hem wilden bespreken. Maar ook de optie het terrein uit te breiden. Het terrein achter de huidige plek is te koop en we zouden daar een permanent kliniekje willen bouwen dat gebruik kan maken van de faciliteiten van het KisoBOKa Centrum. Op het terrein zou ook een woning voor de beheerder kunnen worden gebouwd. Samen met het bestuur en de aannemer de mogelijkheden bekeken. En de ‘opening van ht vrijwilligershuisje’ besproken.
Het huisje is bijna klaar en nu er zoveel vrijwilligers zijn leek het ons gepast het huisje nu te openen.

De opening.

Dat is ook gebeurd op 7 augustus. (zie bericht op de website). Hoogtepunt was de aanbieding van het schilderij van pater Harrie Kanters dat we door een bevriende kunstenaar uit Kampala hadden laten maken. Andre bood het schilderij met een mooie speech aan en het zal een plek krijgen in de centrale ontmoetingshut, die HETKANTHUIS wordt genoemd. Andre en Rosan (zijn vrouw) kregen van het bestuur van Bulikimu KisoBOKa een ‘Certificate of Appreciation’ waar hij zichtbaar ontroerd van werd.
Het was een goede ceremonie met veel belangstelling van lokale leiders en mooie dans van lokale groepen en veel waardering voor onze aktiviteiten.
De komende week worden de muren van de grote hal opgetrokken en als alles loopt zoals het loopt, zou het Centrum eind dit jaar klaar zijn.
Inspektie voor de opening

'Queen Yvonne', de interim manager, Andre en Mr. Thomas

Mr. Thomas (de voorzitter) neemt het schilderij van father Harrie in ontvangst
De jongens.

Het blijft ‘rustig’ in het KisoBOKa Home. Sadam werkt nu mee op de bouw en Brian en Richard hebben deelgenomen aan de lascursus. De extra aandacht van de vrijwilligers doet hen natuurlijk ook goed en we zijn de afgelopen week begonnen met voor deze 4 de nabije toekomst te plannen: wat wordt het vervolg? Fred maakt dit jaar zijn school af, maar wat dan? Terug naar Entebbe?
Ook de andere jongens doen het goed en komen ook regelmatig langs. Deze week begint de vakantie en hebben we voor iedereen een plek moeten vinden, waar ze die doorbrengen. Paul (en Marjorie en Silvia) zijn vrijdag met Fred mee geweest om zijn moeder op te zoeken en dat was een indrukwekkend bezoek. Zo’n mensje – ze is nog jong, 35 schatten we – die daar in de eenzaamheid tracht te overleven en verder niets heeft dan een klein stukje land. Ook voor John en Waiswa is de vakantie geregeld en deze week gaan we proberen Adam weer op het spoor te komen, zodat hij na de vakantie zijn opleiding weer kan vervolgen.

De veestapel.

We hebben de afgelopen weken een behoorlijk deel van onze veestapel moeten verorberen. Omdat we nieuwe kippen wilden, moesten we van de eenden af. Die lopen alleen maar rond te kwaken, nog nooit een ei gelegd en ze zijn erg vijandig naar nieuwe kippen. Lekker in de pan, geen probleem. In het varkenshok raakte een varken bekneld en zodanig verwond dat Jacob besloot het te slachten: leverde een behoorlijke voorraad varkensvlees op en daar is al een behoorlijk deel van verwerkt. Toen kwam de nieuwe aanwinst: 4 jonge hennen en 2 jonge kalkoenen. Een hen werd door de overgebleven eend verwond en stierf. Toen besloten dat die eend er ook aan ging. Toen Fred (hoewel hij geen moslim is) vroeg of hij bij ons IDI (einde van de Ramadan) mocht vieren, was het menu snel bepaald. En dezelfde dag werd de jonge kalkoen aangevallen door een wilde kat: zijn poot gebroken en de kop er afgerukt: dus gisteren kalkoen gegeten. Vandaag lag ook de ander dood in het hok. Doodsoorzaak onbekend: dus voer voor de honden.
De konijnen doen het goed, de biggetjes ook en Paul kreeg van de moeder van Fred een kip en nu maar wachten wat de relatie met onze haan gaat opleveren.

Nog levend..


De tuin.

Jos en Yvonne hadden honderden zakjes zaden meegenomen en daarvan staan de eersten nu in het zaadbed. Er is de afgelopen weken al wat regen gevallen en de verwachting is dat het regenseizoen spoedig start. We moeten dus spitten en opruimen en de komende weken is er dan weer genoeg in de tuin te doen.
We hopen dat jullie weer een beetje op de hoogte zijn (ook via de blogs van de bezoekers) en ik beloof dat er weer wat meer regelmaat komt in het verschijnen van deze verhaaltjes. Wat blijkbaar erg op prijs gesteld wordt, want in de 3 jaar van zijn bestaan zijn er meer dan 9.300 bezoekers geweest. Uit alle delen van de wereld geeft de teller aan. Op naar de 10.000 ste!
Van lezen is niet zo gek veel gekomen, maar toch 3 boeken verslonden: ‘het Marco-effect’, een spannende thriller van Juss- Adler-Olsen, je heerlijk laten meeslepen. ‘Dag Afrika’, van Marcia Luyten, die jaren lang in Uganda woonde en werkte. Een absolute aanrader: scherpe analyses en herkenbare verhalen. Een goed boek voor wie naar Afrika gaat, maar ook voor hen die er geweest zijn om bepaalde ervaringen te kunnen plaatsen. En nu bezig met ‘De vleermuisman’ van Jo Nesbo, mijn Noorse favoriet. Genieten.
Genoten hebben we ook van de films, die de bezoekers meebrachten en de komende weken hebben we daar zeker weer wat meer tijd voor.

Heel veel dank aan de vrijwillig(st)ers die hun talenten met ons deelden. Aan de bezoekers voor hun meedenken en bijdragen en aan iedereen: ‘welkom’. Als de 300ste of de 10.000ste.

Familiefoto