Blog 108
DROMEN,DURVEN,DOEN.
Geen motto verzonnen door mezelf, maar erg toepasselijk.
Zeker nu het weer voelt, alsof we niet zijn weggeweest.
De laatste dagen
De laatste bezoekjes, de laatste inkopen, de laatste
regeldingen. Zo kom je na bijna twee maanden, toch nog tijd te kort. Maar we
voelden ons klaar voor vertrek. Met een nieuw gebit, de auto keurig bij Jan en
Rita geparkeerd (voor ons volgend bezoek) en de koffers weer vol met bruikbare
spulletjes voor hier.
Van veel mensen reacties gekregen op ons ‘moedig’ besluit
en dan maar afwachten of die moed ons niet in de schoenen zinkt als we weer in
Uganda zijn.
Woensdag in alle vroegte met Jan en Rita naar Brussel en
daar verliep alles vlotjes en we vertrokken op tijd. Tien uur later, om 21.45
uur – met een tussenstop in Kigali – landen we in Entebbe, waar James al twee
uur op ons stond te wachten. Drie uur later waren we weer ‘thuis’.
Kulikayo
‘Welcome back’. Fred
en Bakali stonden ons op te wachten en ze probeerden hun welkomsgroeten uit te
roepen boven het gehuil en geblaf van Castor en Polla, die helemaal door het
dolle heen waren.
Ze renden op en af en besprongen ons van alle kanten,
zodat we nauwelijks de veranda konden bereiken. Toen die gekalmeerd waren, werd
de welkomsceremonie nog eens herhaald, want als je eenmaal zit, dan ben je pas
echt weer terug: ”Kulikayo”.
De eerste dag, was een nationale feestdag (Dag van de
Arbeid) en die hebben we gebruikt om de koffers uit te pakken, op te ruimen en
een inspectie van de tuin. Ze hadden het aardig bij gehouden en door de vele
regens stond alles er fris en groen bij.
De eerste wandeling door het dorp en het ‘kulikayooide’van
alle kanten. Zelfs ’s middags in de stad, waar we snel wat boodschappen moesten
doen. Een goed gevoel en overweldigend vergeleken met de kille ontmoetingen op
straat in Nederland.
Overweldigend was met name, de dag erna het welkom van ‘Uncle
Paul’ in Makenke. Niet alleen van de jongens, maar ook veel buurtbewoners en ze
vonden dat hij er goed uitzag, maar ook dik (“you realy became fat”!).
De eerste bezoekjes van en aan vrienden en bekenden en
overal de warme woorden van hoe fijn het
is, dat jullie er weer zijn. In korte tijd zijn we weer helemaal op de hoogte
van het reilen en zeilen van de projecten en ontwikkelingen in het land en er
komt ons niets schokkend ter ore.
Jan en Rita vermaken zich prima. Het zijn doorgewinterde
fietsers en ze hebben in Kampala hun (gehuurde) fietsen opgehaald en van
Kampala naar Jinja gefietst. In negen uur over vaak onbegaanbare wegen, maar ze
hebben het gered. De dagen daarna hebben ze wat dagtochten in de buurt gemaakt.
Met Fred als betrouwbare gids en samen met hem hebben ze zijn moeder bezocht,
die op ruim 100 km van Jinja woont. Een unieke ervaring en veel bekijks, want
twee muzungu’s die voor de lol in Uganda fietsen, dat kennen ze echt niet.
Jan en Rita blijven nog een volle week en het is fijn dat
zij er deze eerste weken zijn. Om ervaringen te delen, bij te kletsen en te
kaarten!
De bouw
Begin van de week de bouw bezocht en ook daar was alles
volgens planning verlopen. De muren van de tweede hut staan overeind en deze
week begint de aannemer aan de bouw van het rieten dak. Dat moet er in drie
weken opzitten. Intussen begint de constructie van het houtwerk op de hal en
kunnen daar over drie weken de dakpannen op.
In de andere lokalen zijn al gedeeltelijk de meubels
geplaatst en het kantoor is klaar voor gebruik.
Daar hebben we deze week onze eerste bestuursvergadering
gehad en de afgelopen maanden geëvalueerd en plannen gemaakt voor de komende
weken.
We gaan er nog steeds van uit dat we in juli – augustus het
centrum kunnen openen.
de nieuwe hut |
de hut en de poort - Rita kijkt toe |
rechts het kantoor - de plantenbakken worden klaar gemaakt |
Groot en klein
onderhoud
Veel tijd in de voorbije weken besteed aan groot en klein
onderhoud. De scheur in het huis is gerepareerd, de veranda opnieuw geverfd, de
bel opnieuw geinstalleerd en lampen vernieuwd. De tuin is onder handen genomen
(knippen, snoeien, maaien) en daarbij zijn met name een flink aantal
bananenbomen opgeruimd. De eerste eigen koffie is geoogst en gebrand – nog niet
geproefd.
De auto’s zijn weer aan de praat gebracht en Paul zijn
fiets is weer gereviseerd (hij zegt dat hij hem weer gaat gebruiken!). De
geiten zijn weer ontwormd en de honden gewassen. De bezoekjes aan de bank en
andere instellingen zijn weer hervat en zo lijkt alles weer ‘als van ouds’.
En zo voelt het ook. Niemand praat meer over de wet, er
is op dat vlak nog niets gebeurd en het zal met deze wet wel gaan, als met vele
wetten in het land: ze zijn er, maar niemand weet nog dat ze er zijn. En dat
geeft een veilig gevoel.
Voorlopig zijn we hier met een ‘toeristenvisum’ voor 3
maanden en die tijd willen we nemen om rustig te kijken hoe onze toekomst er
uit gaat zien.
We zijn blij terug te zijn, we zien onze dromen
werkelijkheid worden, we gaan er met frisse moed weer tegenaan en zijn blij dat
we weer wat te dóén hebben.