zaterdag 14 juli 2012


Welcome back

Een uitstekend weekend in Duitsland gehad. Dat begon met een bezoek aan het graf van mijn Moeder. Precies 5 jaar dood en ze zou dit jaar 100 geworden zijn.
We troffen in Sauerland een gemoedelijk hotel en goed weer en met wat wandelen, rondrijden en winkelen, waren de dagen (te) snel voorbij. 
In alle rust mijn 66ste verjaardag gevierd (bedankt voor alle goede wensen) en maandag via vrienden in Susteren weer terug naar Overloon.

op de 'Kahle Asten' 


















De dagen er na waren soms wel met 5-6 afspraken per dag gevuld, maar we hebben alles af kunnen handelen. De belangrijkste afspraak was op donderdag: Paul bij de specialist in Nijmegen, ik bij de orthopeed in Boxmeer. De uitslag van de scan van Paul was prima en hij hoeft pas over 2 jaar terug te komen voor controle. Ook mijn dokter was tevreden en gaf groen licht voor vertrek naar Uganda. Wel zou de pijn nog wel een week of 2 aanduren en over een week of 3 zou ik weer alles mogen doen.
Hoopvolle berichten en dat deed ons weer hevig uitkijken naar de terugkeer naar Jinja. Minder prettig was het bericht dat Najibu (een van de jongens uit het rehabilitatieprogramma) met onmiddellijke ingang van school was verwijderd. Hij was dronken ’s nachts thuis gekomen (niet de eerste keer) en had een medestudent het ziekenhuis in geslagen. In overleg met zijn moeder en Thomas, besloten dat het goed zou zijn dat hij een paar dagen in de politiecel zou verblijven en dan zien we volgende week wel weer verder.
Zo hink je de laatste dagen op twee gedachtes: genieten van de vele ontmoetingen in Nederland én zo snel mogelijk weer terug om je eigen leven weer op te pakken.
Heel bijzonder was de ontmoeting met een oude jeugdvriend uit Zutphen, die ik meer dan 40 jaar niet had gezien en opmerkelijk met welk een gemak die lange jaren overbrugd worden. We hebben gewandeld door de oude binnenstad, een boottocht gemaakt met de ‘fluisterboot’ en ervaringen uitgewisseld over de rechtssystemen (Guus is rechter) in Nederland en Uganda en hoe om te gaan met moeilijk opvoedbare jongeren.

Ook de ontmoetingen op de ‘uitzwaaimiddag’ waren plezierig en daarna waren we er helemaal klaar voor!
Maandagmorgen met Jeroen en familie naar Schiphol en met een tussenstop in Istanbul, waren we die nacht om 03.00 uur in Entebbe. Daar bleek dat we het land niet inmochten, ondanks de gewichtige papieren met stempels. We moesten een opnieuw een (toeristen)visum kopen en we zouden de eerste 3 maanden niet mogen ‘werken’. Regels zijn regels.
Vervolgens bleken onze koffers er niet te zijn. Niet één van de zes en ook de meeste medepassagiers zaten met hetzelfde probleem. Dus dat duurde een hele tijd eer alles administratief afgehandeld was en de verwachting was dat ze over 2 dagen wel zouden aankomen.
Om 05.00 verlieten we het vliegveld. Al die tijd had de taxi braaf staan wachten en we waren mooi op tijd door het nog donkere en stille Kampala. Om 07.00 uur thuis waar Castor en Polla ons springend en huilend begroetten: welcome back.

Dat hebben we vele malen gehoord in de dagen daarna, toen we weer ons dorpje en de stad bezochten. Het weer was slecht; geen zon en zelfs enkele fikse regenbuien en de compound was een grote chaos. De huisbaas had besloten de muren de laten stukadoren en veel van onze planten en kruiden waren vertrapt. De mooie dennen in de tuin waren allemaal omgekapt (omdat de wortels de muren aantasten) en overal lag hout en werkmateriaal. Door de lange stilstand, startten de auto’s niet en onze jongens hadden ons nog niet verwacht, dus er was niets in huis. Door de lange reis, speelde mijn rug/been vreselijk op en de tweede dag heb ik bijna de hele dag op bed gelegen. Ik had zo weer terug gewild!

Paul en Jeroen hebben de eerste bezoekjes gebracht en langzaam werd alles weer een beetje vertrouwd. Donderdag kwam de zon door en het bericht dat de koffers gearriveerd waren. Vier van de zes. We hebben een chauffeur geregeld (Paul rijdt niet graag naar Kampala en ik mag nog niet) en om 14.00 waren we op het kantoor van Turkish Airlines waar we te horen kregen dat de koffers ‘onderweg waren van het vliegveld’. De tijd benut met boodschappen doen en o.a. een nieuwe wasmachine gekocht. De oude is al sinds januari in reparatie en de motor is gestolen door de reparateur en we hebben de moed opgegeven dat die ooit nog terecht komt.
Om 16.30 waren de koffers er wel en tot onze grote opluchting waren ze er alle zes. Vooral Jeroen dolblij want die had helemaal niets bij zich.
Vrijdag Najibu op straat opgespoord. Hij was inmiddels uit de cel en zwierf weer op straat. Natuurlijk vol spijt en beloftes, maar voorlopig weten we nog niet hoe we hem weer op het rechte pad moeten krijgen. De andere jongens komen zo een voor een weer langs om ons te begroeten en dat geeft dan toch weer de moed en motivatie om het leven hier weer op de rail te krijgen.

Diezelfde vrijdag kregen we te horen dat we nog geen werkvergunning krijgen! De regels zijn veranderd (?) en je kunt niet meer als CBO een werkvergunning krijgen. KisoBOKa-CBO moet omgezet worden in een NGO (Non Governamental Organisation). Dus daar moeten we dan eerst maar weer achteraan. Voorlopig mogen we tot oktober in het land blijven, zonder te werken en dus doen we het maar kalm aan.
Gisteren zijn de werklui vertrokken en dit weekend wordt de compound opgeschoond. De wasmachine werkt, we hebben weer internet, de meeste spullen uit Nederland hebben een plekje gevonden en de zon schijnt!

We zijn weer thuis en nu moet ik proberen vol te houden dat revalidatie de prioriteit is. Tot nu toe lukt dat redelijk. Ik slaap lang uit en ga enkele keren per dag weer naar bed om te rusten en te oefenen. “Het is zoals het is, en het komt zoals het komt’ zou de honderdjarige die uit het raam sprong (het boek is een aanrader en er komt een film van/is er al?) zeggen en daar doen we het maar even mee.




Paul weer in zijn element
Castor en Polla ook

Geen opmerkingen:

Een reactie posten