dinsdag 12 februari 2013


God is great

Niet direct een uitspraak van mezelf maar hij past bij de mensen hier. Deze keer kwam hij van Fred. Op woensdag-ochtend: hij had zijn moeder gevonden. Hij klonk dolblij en zou snel terugkomen om het hele verhaal te vertellen.

Maar dat was woensdag. Maandag begon zonder stroom. Een hele hoop plannen maar dat moet je an gewoon vergeten. Dus na enkele uren wachten en opruimen, maar gewoon puzzelen. Een extra vakantie dag en de dagen nemen zoals ze komen. Me met Mirabu op een wat uitgebreidere visschotel gestort en die op tijd in de oven gezet. Na een uurtje checken: gas op ! Paul de stad in maar nergens gas te krijgen. Althans niet ons merk. Ieder tankstation heeft zijn eigen merk, ieder merk zijn eigen aansluitnippel. Dan maar een pizza van de ‘take-away’. Ook niet verkeerd.

De volgende morgen is er weer stroom en dus tijd om de besluiten van de NGO uit te voeren. Benoemingsbrieven voor Paul en mezelf, de contracten, affiches en formulieren voor de computerschool; de hele dag achter de computer. ’s Avonds pijn in mijn pols, die langzaam dikker wordt. Zal wel weer over gaan. Koken op houtskool stoofjes en de visschotel smaakt er nog beter van. Die avond een filmpje gekeken (‘Whale Rider’) over het leven van de Maori’s, een prachtig verhaal.

Woensdagmorgen nam de pijn in de pols toe: ‘peesonsteking’ zei Paul. Omdat ik toch naar de stad moest, naar de bank, naar het postkantoor (de kerstkaart van Thomas en Ellie is er – dank je wel) , laptops moet laten repareren en copieen maken, toch maar even naar de dokter. Die wreef aandachtig over de pols, liet me wat oefeningen doen en tuurde wat rond om iets zinnigs te zeggen. Ik zeg: “Paul thinks it is ‘tendititus’ “. “That’s it”, zegt de dokter, waarop ik zeg dat ik dus voor de diagnose niet betaal. “But Mr. Paul doesn’t know how to treat; I know”, zegt hij ad-rem en schrijft me een zalfje en pillen voor. De rekening is 27.000 UGS, een goede 8 Euro. Al of niet de diagnose in rekening gebracht?

’s Avonds maar weer een filmpje gekeken: ‘The life of Pi’, een film die in Nederland schijnbaar nog niet uit is. Een indrukwekkend verhaal over een man op zee in een spiritueel gevecht met een leeuw. Zeker aan te raden!

Inmiddels is van de ‘oude’ Bakali niet veel meer over. Hij heeft de moed verloren en is de hele dag met zijn been bezig. Hij heeft met ons gisterenavond naar het filmpje gekeken, maar net zo veel naar zijn been als of hij elk ogenblik verwacht dat het openbarst. De wond hecht ook slecht, maar hij blijft hem ook te veel belasten. We leggen hem een ‘bewegingsverbod’ op en stellen hem onder controle van Castor.



Paul gaat met de jongens, en Josi en Lola wandelen en ze wandelen een aantal uren, waarin van alles aan de orde komt en dat soort wandelingen versterkt het ‘familiegevoel’. Paul gaat zich steeds meer de ‘vader’ van het gezin voelen en de jongens krijgen steeds meer het gevoel dat ze een ‘thuis’ hebben. Ze willen nauwelijks naar school.

Mijn pols gaat voelbaar vooruit en ik werk weer een aantal dingen bij. Berichten op de website. Bijwerken van de 1%-club en diverse mails. Bericht gehad dat het ‘Schipperscentrum’ in Nijmegen de Vastenactie voor KisoBOKa gaat houden. Bij Wilde Ganzen, hebben we ongeveer de helft binnen, de wijnactie van Benny heeft € 850 opgebracht (dank – dank – dank) en we hebben nog steeds de goede hoop dat we voor de zomer 80% binnen hebben en in augustus open kunnen. Maar de bouwplannen moeten opnieuw aangepast worden.

Vrijdag een belangrijke dag. Mr. Okello heeft (zoals afgesproken op de laatste bestuursvergadering) een aantal ontmoetingen geregeld waar we ons als NGO willen presenteren. We beginnen op districtsniveau, waar de ‘chief’ – nauwelijks geïnteresseerd – alle medewerking toezegt. De hief, onder hem is erg belangstellend en ziet ook concrete mogelijkheden om samen te werken. Hij haalt zijn social-worker er bij en die belooft snel te komen kijken. Hij benadrukt echter vooral dat we veel aan hem moeten rapporteren, zodat hij weet wat we doen. We laten overal papieren en plannen achter.

Rond het districtsgebouw zitten honderden fraai uitgedoste vrouwen. Ze wachten al sinds 8 uur die morgen op vertegenwoordigers van het ‘Rode Kruis’. De vrouwen zijn allemaal verantwoordelijk voor tientallen wezen en hopen op een bijdrage van het Rode Kruis. Ze zitten binnen maar ook in de brandende zon. Er is hen gezegd op tijd aanwezig e zijn want anders zijn hun kansen zo wie zo verkeken. Als wij er rond 11.00 uur weggaan, komen we onderweg de auto van het Rode Kruis tegen. Eigenlijk een schande dat ze die vrouwen zolang laten wachten.

We hebben nog een ontmoeting met een hoge baas op het Gemeentehuis en die is erg enthousiast en laat ons weten dat we altijd bij hem terecht kunnen. Een vruchtbare ochtend en op Matia Mulumba hoort Paul het verhaal aan van de zoektocht van Fred, terwijl hij ook de andere Fred bezoekt die in de buurt zijn lagere school af maakt. Hij is erg stil en mist zijn ‘thuis’ in Makenke.

Later die middag nog een gesprek met de aannemer en de bouwplannen nog eens doorgesproken. Maandag gaat de bouw echt beginnen!

Een rustige zaterdag met wat werken in de tuin (Paul), werken aan een Powerpoint(Willem) en vooral uit de zon blijven!

Zondagmorgen wachten op Edward en Ellen. Die komen later dan verwacht, maar zijn er toch tegen 15.00 uur. Edward komt voor enkele weken; Ellen voor een half jaar. Ook de andere vrijwilligers komen en met z’n zevenen gaan we op bezoek bij father Picavet. Die heeft een aantal organisatie uitgenodigd die in het ‘koninkrijk Bosoga’ werken. Erg interessant te horen waar iedereen mee bezig is en ook wij vertellen ons verhaal. De nodige contacten worden uitgewisseld. Die avond eten we gezellig bij de ‘Black Latern’ bij de Bugugali Falls.

vlnr: Willem, Lola, Josi, Ellen, Edward en Inge; Paul maakt de foto
Maandagmorgen de blog willen schrijven maar weer eens geen stroom. Edward gaat met Paul bouwmateriaal ophalen, Ellen verkent Bukaya. Om 10.00 uur komt Fred om ook mij zijn verhaal te vertellen en hij wil een email schrijven aan Uncle John en Aunt Rita (zijn sponsors uit Beugen). Geen stroom, helaas. Een uur later keert de stroom terug: “God loves me” , zegt Fred en hij probeert zijn ervaringen in een korte mail weer te geven. Hoe hij 2 keer van het ene dorp naar het andere gestuurd werd. Weer terug en allerlei tegenstrijdige verhalen. Dat hij aanwijzingen kreeg waar zijn vader begraven zou zijn. Het graf vond maar onmiddellijk vijandig werd benaderd want ‘ze’ dachten dat hij het land kwam opeisen. ‘Ze’ is dan de familie van zijn stiefmoeder, die hem met een bijl bedreigd heeft, waarna hij is weggelopen en uiteindelijk op straat in Jinja terecht is gekomen. Hij hoort de verhalen dat zijn vader door zijn stiefmoeder is vergiftigd en zijn moeder ‘behekst’. Uiteindelijk vind hij haar in een hutje aan het meer. Ziek en psychiatrisch gestoord. Maar ze herkent hem wel!  Fred is dolgelukkig maar tegelijkertijd erg in de war. Het moeten ook traumatische ervaringen voor hem zijn. We adviseren hem het verhaal op – en van zich af te schrijven en dat het goed is dat hij spoedig terug gaat om meer van zijn verleden te reconstrueren. Intussen gaan wij kijken of we moeder kunnen helpen door haar hier – bijv. in het Destitute Home – te laten opnemen.

Later de dag te aangepaste plannen van de aannemer ontvangen en nu moet er snel een ontwerp komen voor het vrijwilligershuisje. Voorlopig brengen we ze onder in een huurhuis in Mafubira en we gaan er kijken om te zien wat nodig is aan inrichting.

Van de zusters inmiddels bericht gehad dat ze echt gaan stoppen in Soweto. Betekent dat het einde van de crèche? Ik heb een afspraak gemaakt met de verantwoordelijke van het Bisdom. Volgende week maar eens kijken: God wil be great?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten